Opmars van vlas en hennep
Vlas en hennep zijn bezig met een comeback. In talrijke nieuwe producten zitten deze vezelgewassen inmiddels verwerkt. “Maar de opmars gaat nog niet gepaard met grote volumes”, zegt beleidsmedewerker ir. David Kasse van het Productschap Akkerbouw.
Vlas en hennep zijn al zo oud als de menselijke beschaving. Zo kende het Oude Egypte een rijke vlascultuur. Vlasvezels werden vroeger en worden nog volop gebruikt in onder meer kleding (linnen) en papier. De houtige stengeldelen zijn te vinden in bijvoorbeeld platen voor de bouw of voor meubels. Voor de goede orde: we hebben het niet over het olievlas dat wordt geteeld voor lijnzaad. En niet over de hennep die ‘beter’ bekend staat als cannabis. Het gaat om de vezelrijke rassen.
“Vlas en hennep kun je zien als biobased grondstoffen avant la lettre”, vervolgt landbouwingenieur Kasse (57). “Al eeuwenlang worden ze uit elkaar gehaald om er producten uit te winnen. Dat gebeurt simpel en natuurlijk. Eerst breek je de stengels. Daarna klop en sla je de vezels er uit. Daaraan gaat enkele weken roten vooraf. Daarbij ontwikkelen zich onder invloed van water (regen) en zon bacteriën die enzymen loslaten in het geoogste materiaal. Deze breken de lijmstof in de stengel af. Daardoor gaan de vezels los zitten en kun je ze er makkelijk uithalen. Tegenwoordig gebeurt dat roten gewoon op het land.”
Beste rassen
De Europese vlasteelt, die de wereldmarkt domineert, concentreert zich in Frankrijk, België en Nederland. In totaal gaat het om zo’n 70.000 à 80.000 hectare. Ter vergelijking: een andere belangrijke speler, Egypte, heeft circa 15.000 hectare aan vlasteelt.
Aanvankelijk was de Europese vlasteelt gelijkelijk verdeeld over de drie landen. Maar in de zuidelijke regio ligt het teeltseizoen wat vroeger. Daardoor zijn de risico’s van het roten (te weinig zon) daar minder. De teelt is dan ook zoetjesaan verschoven naar voornamelijk Frankrijk. Nederland heeft nog maar tweeduizend hectare. Ook al omdat ons land een relatief klein en duur akkerbouwareaal bezit, waar intensievere gewassen de voorkeur van de boer genieten.
“Maar we hebben wél de beste rassen met de hoogste opbrengst per hectare”, constateert Kasse. “In Nederland werken drie veredelingsbedrijven aan vlas en één aan hennep. Zij zien toekomst in deze gewassen. En die is er ook.”
Die toekomst zag er na de Tweede Wereldoorlog somber uit. Vooral de komst van kunststof drong het gebruik van natuurlijke vezels terug in technische toepassingen, zoals touw, netten en postzakken. Alleen mode, huishoudtextiel en woningdecoratie bleven trouwe afnemers van vlasvezels.
Kasse: “Voor hennepvezels bleef papier een belangrijke outlet.
Vezelhennep wordt in de EU op 15.000 ha geteeld, waarvan 1.000 ha in ons land. Hier hebben enkele ondernemers de teelt ruim twintig jaar geleden weer opgepakt.”
Revival
Sinds enkele jaren is sprake van een ware revival. Innovatieve partijen bedenken steeds meer nieuwe toepassingen voor vlas- en hennepvezels. Bijvoorbeeld als licht materiaal in auto’s waardoor ze zuiniger rijden. Of in fietsframes, waar vlasvezels dure koolstofvezels vervangen. Zelfs een heup met vlasvezel gaat tot de mogelijkheden behoren. Of een verband dat de optimale vochtbalans heeft om een wond af te dekken en bacteriën te weren.
Kasse: “Daarnaast blijft vlas een belangrijke textielvezel. Zeker omdat de katoenteelt plaatsvindt in geïrrigeerde (sub)tropische gebieden met problemen rond watervoorziening en verzilting. Vlas en hennep kun je in gematigde klimaten verbouwen. Dat is een sterke troef.”
“Verder houden de papier- en meubelindustrie ook hun interesse in vlas en hennep. Zo is er een Nederlands bedrijf dat van vlasvezels lichtgewicht stapelbare tafels en podiumdelen maakt. Een ander bedrijf maakt meubelplaten die hun weg vinden naar vooral Ikea.”
Nieuw leven
Ook Kasse zelf merkt een toenemende belangstelling voor vlas en hennep. “Onderzoeks- en onderwijsinstellingen kloppen de laatste twee, drie jaar steeds vaker aan bij het Productschap Akkerbouw vanwege onze kennis. Er ontstaan regionale initiatieven om de verwerking van vlas en hennep nieuw leven in te blazen. Zoals in Twente, waar vlas ooit de basis was van de textielindustrie. Daar zit nog kennis van vroeger waarmee aan de gang wordt gegaan.”
“Een leuk project van zes deelnemende landen is Grow 2 Build. Onder leiding van Wageningen Universiteit promoot Grow 2 Build het gebruik van vlas en hennep in bouwmaterialen. En bij de TU Delft is NFC Design actief. Deze groep bevordert de toepassing van natuurvezels ter vervanging van vezels van fossiele of minerale oorsprong.”
Aanspreekpunt
Het Productschap Akkerbouw is voor Nederland hét aanspreekpunt in de vlas- en hennepwereld. Hier komen kennis en connecties bij elkaar. Kasse: “Wij hebben de contacten met bedrijven in binnen- en buitenland. En we zijn lid van de internationale vlas- en henneporganisatie CELC in Parijs.”
Als gevolg van het regeerakkoord beëindigt het productschap eind dit jaar zijn activiteiten. “Daarom zijn we nu bezig om een branchevereniging voor vlas en hennep op te richten. Een nieuw platform waaraan bedrijven op vrijwillige basis deelnemen. Het wordt tevens een aanspreekpunt voor mensen die met vlas en hennep aan de gang willen.”
Rustig groeien
Ondanks al deze interesse, kansen en toepassingen verwacht Kasse niet dat de benodigde volumes aan vlas en hennep explosief zullen stijgen. “Grote gewassen zullen het nooit worden. Maar dat vind ik een plus. Omdat er veel kansen liggen in technisch hoogstaande nichemarkten is er een kans om rustig te groeien.”
Waar staat de vlas- en hennepmarkt over tien jaar?
“Ik denk dat de vraag naar deze vezels in de EU dan is gegroeid naar 400.000 ton per jaar. Maar als bijvoorbeeld de vezels in de bouw doorbreken als isolatiemateriaal, gaat het over geheel andere volumes. Dan is een grotere schaal nodig met waarschijnlijk andere teelt- en verwerkingstechnieken.”
Reageer op dit bericht
Overige berichten
November 2020
- Zweedse technologie ontmoet Nederlandse uitdagingen
- Resource sharing in de industrie: Östergötland toont grote besparingen
- Waterhergebruik
Maart 2019
Oktober 2018
Mei 2018
Februari 2018
Oktober 2017
- Bodem in Zicht
- Symbiose in het publieke en private domein
- manifest ‘Organische stof: leven in de Nederlandse bodem’
- Nutriëntenrecycling vormt een hoge prioriteit in het rapport ‘Nederland Circulair in 2050
Augustus 2016
Juli 2016
Maart 2016
- Staatsbezoek Frankrijk markeert start nauwere samenwerking Cosmetic Valley en Kenniscentrum Plantenstoffen
- European Bioeconomy: EUR 2.1 trillion turnover and 18.3 million employees
Februari 2016
September 2015
Augustus 2015
Juli 2015
Juni 2015
- 80% CO2-reductie in papierindustrie dichterbij dan ooit dankzij BBI subsidie
- EU green light for €120 million new investments in circular bioeconomy projects
- Cosun ontvangt BBI subsidie voor project PULP2VALUE
December 2014
Oktober 2014
Augustus 2014
Juli 2014
Mei 2014
April 2014
Februari 2014
Januari 2014
December 2013
November 2013
Oktober 2013
September 2013
Augustus 2013
Juli 2013
Mei 2013
April 2013
Oktober 2012
Augustus 2012
Juni 2012
Mei 2012
April 2012
Maart 2012
Januari 2012
November 2011
Oktober 2011
September 2011
Augustus 2011
Juni 2011
Mei 2011
April 2011
- AVEBE en BASF zetten volgende stap in R&D samenwerking
- Biomassa-meestook in kolencentrales niet financieel ondersteunen
- Geef kans aan Groene Chemie